Veldrijden Categorie D
Publiceret af: jos 2011-11-08
Onder druk van het succes en de aangroei van diverse nevenbonden, werd er door de wielerbonden besloten om de categorie D op te richten in de jaren ’70. Deze bestond uit veteranen, cyclosportieven & liefhebbers studenten.
In 1974 werd het eerste nationale kampioenschap ingericht, maar enkel voor studenten tot 23 jaar.
Deze kregen geen officiële trui maar een sjerp. Uit protest van de veteranen en cyclosportieven werden die kampioenschappen vanaf 1979 omgevormd tot het kampioenschap van de gegroepeerde categorieën (veteranen, cyclosportieven en studenten).
Raar was dat in die periode alle renners die een officiële kampioenentrui ontvingen, deze ook moesten dragen op straf van boete, enkel de D-categorie had er geen. Menig clubleiders beslisten dan maar er één te maken voor hun renner wat tot hevig protest leidde van andere clubs en officiëlen die dreigden met boetes uit te delen.
Deze maatregel werd halfweg de jaren ’80 herzien zodat de overwinnaar ook een Belgische driekleur kreeg.
Begin de jaren ‘80 moesten de toenmalige internationale liefhebbers (de vroegere elites zonder contract/categorie B) op 35-jarige leeftijd verplicht overstappen naar de categorie D.
Vele renners kozen voor de cat. D, terwijl sommigen, zoals een Bert Vermeire, Leo Arnouts of Noël Danneels, besloten om nog beroepsrenner te worden terwijl anderen definitief ophielden met wielrennen. Dit hield in dat in die periode bij D’s, steengoede veldrijders waren die zeker nog in staat waren top vijf te rijden bij de profs (Cat. A).
Nog later door ondermeer toedoen van Klaus Peter Thaler, die op bijna 38-jarige leeftijd nog wereldkampioen werd, werden die reglementen terug herzien. Ook bij de profs was er een reglement die zei dat men op 40-jarige leeftijd niet meer mocht deelnemen aan wedstrijden voor profs. Dat kon de UCI niet maken, met een (oud)-wereldkampioen bij de profs, om deze naar een lagere categorie laten zakken.
Men besliste dat ook de profs, renners ouder dan 40 jaar, terug bij de profs mochten aanzetten, en ook de internationale liefhebbers moesten niet meer verplicht overgaan naar de categorie D.
In 1999 werd de cat. D in twee verdeeld nl. cyclosportieven jonger dan 40 jaar en veteranen ouder dan 40 jaar.
Later werden deze categorieën nog verder uitgesplitst. Cyclosportieven werden omgedoopt tot amateurs (jonger dan 30 jaar) en masters A (ouder dan 30 jaar).
De veteranen werden masters B (ouder dan 40 jaar) en master C (ouder dan 50 jaar).